“Vanuit biotech bijdragen aan oplossingen voor grote maatschappelijke uitdagingen”
Begin deze maand werd dr. Christine Durinx aangesteld als de nieuwe co-managing director van VIB, het Vlaams Instituut voor Biotechnologie. Samen met dr. Jérôme Van Biervliet zal zij verder bouwen aan de groei van de organisatie, met een specifieke focus op data science en gepersonaliseerde gezondheid.
Waarom besliste u om aan de slag te gaan als co-managing director bij VIB?
Durinx: “VIB is een absolute autoriteit in Vlaanderen én het buitenland. Enerzijds past de cultuur van excellentie zeer goed bij mijn persoonlijke drijfveren. Anderzijds vind ik ook de focus op een brede maatschappelijke impact bijzonder interessant. VIB is sterk in fundamenteel onderzoek en ontwikkelt zo nieuwe kennis, maar is ook actief in de vertaling daarvan naar concrete oplossingen voor onze maatschappij, het opstarten van nieuwe start-ups en het overdragen van kennis naar de industrie. De overheidssteun voor VIB wordt dus in veelvoud teruggegeven naar onze maatschappij.”
Wat is vandaag de impact van VIB?
Van Biervliet: “We hebben op vele vlakken een impact. Eén van de meest zichtbare zaken is het biotech ecosysteem dat we al sinds 25 jaar mee uitbouwen in Vlaanderen. Hierdoor beschikken we nu over één van de meest toonaangevende biotechclusters ter wereld waar vele start-ups de kans krijgen om uit te groeien tot wereldspelers. We zoeken naar mogelijkheden om via bestaande en nieuwe bedrijven beloftevolle innovaties uit het fundamenteel onderzoek te vertalen naar producten die kunnen worden gecommercialiseerd. Zo trekken we activiteiten, talent en investeringen naar Vlaanderen, wat vervolgens resulteert in een positieve economische impact. Onafhankelijk onderzoek toonde aan dat elke door de overheid geïnvesteerde euro in VIB in elfvoud terugkeert naar ons economisch weefsel. Daarnaast proberen we vanuit de biotech bij te dragen aan oplossingen voor grote maatschappelijke uitdagingen, zoals de klimaatverandering, duurzame landbouw, precisiegeneeskunde, enz.”
Waarom kozen jullie voor dr. Durinx?
Van Biervliet: “Haar achtergrond spreekt voor zich. We zijn enorm blij dat we zo’n toptalent uit het buitenland terug naar Vlaanderen hebben kunnen halen. En er was een sterke klik met ons instituut. Na een grondig selectie- en evaluatieproces waar meer dan tweehonderd kandidaten aan deelnamen, hebben we in consensus beslist dat Christine de beste persoon op de juiste plaats zou zijn. Zo heeft ze een unieke expertise inzake computationeel biologie-onderzoek die zeer relevant is voor de uitdagingen waar we vandaag en morgen voor staan. Artificiële intelligentie neemt immers een alsmaar belangrijkere plaats in binnen ons dagelijks onderzoek en we hebben de ambitie om hier nog veel verder in te gaan.”
Dr. Durinx, welke waarden zijn voor u cruciaal en welke klemtonen wenst u te leggen?
Durinx: “Ik hoop enerzijds een zo goed mogelijke omgeving te creëren voor onderzoekers (bijvoorbeeld door in de juiste faciliteiten te voorzien) en anderzijds een ambassadeur te zijn voor het pionierswerk dat zij verrichten. Op vlak van waarden hecht ik vooral veel belang aan respect, diversiteit en integriteit. Ik vind het belangrijk om zo transparant mogelijk te zijn, maar ook om confidentieel te zijn wanneer nodig. Ook een constructieve feedbackcultuur en een goede teamgeest, waarbij men naast het opnemen van de verantwoordelijkheid voor het eigen werk ook het team ondersteunt, liggen mij na aan het hart.”
Onafhankelijk onderzoek toonde aan dat elke door de overheid geïnvesteerde euro in VIB in elfvoud terugkeert naar ons economisch weefsel.
Jérôme Van Biervliet
Uw aanstelling is gekoppeld aan het tekenen van een nieuwe vijfjarige beheersovereenkomst met de Vlaamse overheid. Wat zijn daarin de belangrijkste accenten?
Durinx: “Ten eerste is het natuurlijk cruciaal om de zo bijzondere basis van VIB te behouden: excellentie door peer-review, wetenschappers toegang bieden tot baanbrekende technologieën en ultramoderne kernfaciliteiten. Daarnaast komt er een nieuwe focus op in silico onderzoek (onderzoek op basis van computerberekeningen). Dat heeft immers een enorme opgang gemaakt. Dry lab experimenten vullen steeds vaker wet lab experimenten aan en kunnen ze soms zelfs vervangen. Aansluitend zullen we sterk inzetten op research data management. Door de technologische vooruitgang beschikken wetenschappers over ongelofelijke hoeveelheden aan onderzoeksdata. Ze hebben echter tools en ondersteuning nodig om die data goed te managen, te analyseren, te bewaren en ter beschikking te stellen van andere wetenschappers. Daar willen wij een belangrijke rol in spelen. Ook bij gepersonaliseerde gezondheid zal research data management cruciaal zijn.”
Wat zijn jullie verwachtingen voor VIB in de toekomst?
Van Biervliet: “Als nieuw leiderschapsduo kunnen we nog steeds rekenen op de beschikbaarheid van onze voorgangers, waardoor we zeker zijn van een vlotte transitie. Maar we steunen ook op een panel van ervaren wetenschappelijke directeurs. VIB is dus absoluut in goede handen en gaat vol vertrouwen de toekomst tegemoet. Er zullen zeker veranderingen zijn, maar onze belangrijkste prioriteit is toch om dit schip op de juiste koers te houden die op 25 jaar tijd tot een enorm succesverhaal heeft geleid.”