PFAS is een onderwerp dat in België vaak over de tongen gaat. De vervuilende stoffen blijken zich overal in ons dagelijks leven te bevinden, tot in rivieren en de bodem. Ze weg krijgen is dus een hele klus, maar het is niet onmogelijk. Al bijna 20 jaar maken Jan Helskens en Wim De Veirman, oprichters van GreenPan, keukengerei zonder PFAS.
Hoe komt het dat jullie hier al zo vroeg mee bezig waren?
Wim De Veirman: Na een schandaal in de VS en China met pannen met PTFE (Teflon), zijn we ons beginnen inlezen. Ondanks alle garanties van de fabrikanten, zagen wij in dat er risico’s aan verbonden waren.
Jan Helskens: In 2005 brachten enkele consumenten ons op de hoogte dat hun vogels waren overleden door dampen die van de pannen kwamen. Daardoor beseften we dat onze producten mogelijk gevaarlijk waren.

Was het moeilijk om de technologie te lanceren?
Wim De Veirman: De merken waar we mee samenwerkten, wilden er niets van weten, uit angst dat het hun oude producten in een slecht daglicht zou plaatsen. Tot onze ontmoeting met Joy Mangano in New York in 2007 alles veranderde: op vier uur tijd verkocht ze 100.000 pannen op het Home Shopping Network.
Hoe ziet de toekomst van de sector eruit?
Jan Helskens: We zitten momenteel aan onze negende generatie van antikleeflagen. Ons doel is om PFAS volledig uit de keuken te weren, tot aan de elektrotoestellen toe.
Wim De Veirman: Onze eerste producten waren al PFAS-vrij, maar onze huidige producten zijn nog eens 10 keer duurzamer. Op bepaalde plekken zijn PFAS al verboden, dus het is een kwestie van tijd voor ze helemaal verdwenen zijn.
Innovatie en voedselveiligheid
Wim De Veirman: Innovatie is onontbeerlijk voor een gezonder systeem. Zo hebben we al veel toxische stoffen vervangen, zoals cadmium, dat nog in de buitenbekleding werd gebruikt.
Grootste struikelblokken?
Jan Helskens: De onwil van de industrie om te veranderen. Zelfs nu nog houden bepaalde fabrikanten vol dat PTFE onschadelijk is, terwijl een bekleding zonder PFAS evenveel kost. Er zijn zelfs geen nieuwe machines voor nodig. Dat is echt nonsens.