Remafstand. Een woord dat bij me opkomt, als ik mijmer over de water- en klimaatuitdagingen van de kust. Het is net als bij een wagen: hoe sneller je rijdt, hoe moeilijker om tijdig te stoppen als ‘het’ probleem zich in volle ernst voordoet. En hoe groter de klap bij een botsing.
Bij een nat of glad wegdek (“omstandigheden zitten tegen”), en met een oude, onaangepaste auto (“is de maatschappij klaar voor wat komt?”) gaat die remafstand trouwens omhoog. Pittig detail, bij schepen zorgt logheid en mindere weerstand van water t.o.v. asfalt, voor nog langere stoptijden dan bij een auto het geval is. Symbolisch als je deze beeldspraak vertaalt naar de klimaat- en waterproblematiek aan zee?
Voorspellingen voor 2100 van het VNKlimaatpanel gaan uit van een bijkomende toename van zeker een halve meter.
Want het moet gezegd. Vandaag lijkt de samenleving met een combinatie van ontkenning, nonchalance en overdreven optimisme de voorspelde chaos tegemoet te snellen. Met wat tunnelzicht, en soms wars van wetenschappelijke feiten en voorspellingen. Spijts alle inspanningen van de bevoegde diensten die in ons land de kustbescherming verzekeren. De kust bevindt zich in woelig vaarwater, nu klimaatopwarming de zeespiegel doet stijgen en – in combinatie met wijzigende neerslagpatronen – verzilting in het achterland dreigt. Verzilting die voor een landbouwprovincie een extra uitdaging vormt. Met daarbovenop een toename van extreme weerfenomenen zoals stormen, door het warmere oppervlaktewater.
Stijgende zeespiegel: feiten en voorspellingen
Even de feiten. In de voorbije 75 jaar is de zeespiegel aan onze kust met 21cm gestegen. Een stijging grotendeels te wijten aan afsmelten van landijs en aan de uitzetting van water bij hogere temperaturen. Die stijging, in grootteorde een kleine meetlat, is er dus al. Voorspellingen voor 2100 van het VN-Klimaatpanel gaan uit van een bijkomende toename van zeker een halve meter. Niet meer te vermijden, ook niet bij het figuurlijk omgooien van het roer. Zo werkt remafstand nu eenmaal… Bij ‘business-as-usual’ tikken we af op zo’n 85cm, zeg maar een tafelbladhoogte erbij. Als tussenstap geldt een extra 30cm tussen 2000 en 2050. Iets waar het Vlaamse Agentschap Maritieme Dienstverlening en Kust (MDK) de nodige beschermingsmaatregelen tegenover plaatst, door de uitvoering van het Masterplan Kustveiligheid. Binnen dit plan, met als tijdshorizon 2050, is MDK volop in de weer met o.a. de verhoging en verbreding van stranden d.m.v. zandopspuitingen, met de bouw van havenmuurtjes en met de plaatsing van een stormvloedkering in de monding van de IJzer. Eens volledig uitgevoerd, zijn we tot halverwege deze eeuw safe ten aanzien van overstroming. Zelfs bij een superstorm, een storm een stuk zwaarder en zeldzamer dan die van 1953, die Zeeland en Oostende onder water zette. Wat na 2050 komt, tijdshorizon 2100, zit vervat in het plan Kustvisie. Alles lijkt dus onder controle, toch?
Verontrustend is dat de snelheid waarmee de zeespiegel stijgt zeker niet afneemt.
Maar… Wat als de Zuidpool versneld afsmelt door ijskapinstabiliteit? Geen geleidelijk verlies aan ijs, maar grotere stukken van de Antarctische ijskap die afscheuren en naar warmer water afdrijven. Wetenschappelijke studies wijzen in die richting, maar blijven alsnog voorzichtig en noemen dit scenario (nog steeds) eerder onwaarschijnlijk. Wat er ook van zij, als dit zich doorzet kan 2100 aftikken op een wereldwijde zeespiegelstijging van wel twee meter i.p.v. de eerdergenoemde 85cm. Doorrekening tot 2300 gewaagt zelf van een stijging van 7 meter… Het scenario +2 meter nemen alle beleidsmakers rond de Noordzee intussen al mee in hun visievorming. Maar zal dit volstaan? Voelt ook de bredere maatschappij de urgentie? En zal die maatschappij, als de grote kost van de maatregelen duidelijk wordt, bereid zijn die inspanning te leveren?
Tijd voor actie: kunnen we nog afremmen?
Verontrustend is dat de snelheid waarmee de zeespiegel stijgt zeker niet afneemt. Tussen 1970-1990 was er een toename van 2-4mm per jaar, sinds 2015 overschrijdt de trend voor het eerst 5mm per jaar, om in 2023 op te lopen tot een aanwas van 8mm. Wetenschappers argumenteren dat deze periode te kort is om al van een trend te spreken en schuwen alsnog het woord ‘versnelling’ van de zeespiegelstijging. Wordt deze evolutie binnen enkele jaren echter bekrachtigd, dan stomen we misschien wel echt richting +2m tegen 2100?
Vandaag lijkt de samenleving met een combinatie van ontkenning, nonchalance en overdreven optimisme de voorspelde chaos tegemoet te snellen.
Het schip is vertrokken en stevent bedrieglijk rustig verder. De feiten wijzen op de ‘sense of urgency’, en de nood om niet te talmen met mitigerende CO2-uitstootmaatregelen. De feiten maken een politieke en maatschappelijke discussie rond dit thema meer dan ooit essentieel, uitmondend in noodzakelijk te nemen extra maatregelen. Aan het tempo van vandaag flirten we gevaarlijk en hoogmoedig met de remafstand. Afremmen is de boodschap, nu het nog kan. Meer dan ooit.