Op zondag 19 september is het ‘Dag van de Landbouw’. In heel Vlaanderen openen 46 boerderijen hun deuren voor het grote publiek. Ook de Cedronhoeve van Melissa Stuer (34) en Sven Van Wauwe (32) maakt zich klaar om Vlaanderen te laten kennismaken met maar liefst zevenhonderd geitjes die in het rond huppelen.
Tekst: Sandra Gasten – foto: Twan Wiermans
Was deze boerderij een lang gekoesterde droom die uitkwam?
Sven: “Mijn grootouders hadden een veebedrijf, mijn ouders een kinderboerderij. Als kind vond ik het fantastisch om tussen de schapen te vertoeven en met dieren te werken. Dat ik ook als volwassene iets met beesten ging doen, stond snel vast. Vermits ik al contacten had met een melkerij, kreeg ik mijn dossier vrij snel rond bij de bank. Vijf jaar geleden konden we eindelijk starten. Intussen lopen hier zevenhonderd geiten rond.”
Hoe ziet een dag op jullie boerderij eruit?
Sven: “Het melken van de geiten gebeurt twee keer per dag. Rond zeven uur ’s ochtends starten we met de eerste ronde. Dat is best een opdracht, want het aansluiten van de machines aan de spenen is nog handwerk. Rond achttien uur worden de geiten een tweede keer gemolken. Daartussen voeren we klusjes uit: controle van de machines en materialen, de boekhouding, het maaien van het gras,… Tegen negen uur ’s avonds eindigt de dag. Het is niet altijd makkelijk – veel ruimte voor ontspanning is er niet en ook op lichamelijk vlak is het vaak heftig – maar het werk geeft me enorm veel voldoening.”
Melissa: “Tot vijf jaar geleden had ik nog nooit een geit van dichtbij gezien, maar mijn liefde voor het vak is gegroeid. Tot op vandaag combineer ik de boerderij met een job in de horeca, maar dat laatste hoop ik stilaan af te bouwen. Zo kan ik me concentreren op het ambachtelijk maken van ijs en kaas en de opvoeding van onze drie kinderen. Zo hopen we wat meer tijd te krijgen voor ons gezin. Maar we gaan nooit ver op vakantie, want we willen – indien nodig – snel weer terug op de boerderij kunnen zijn.”
De landbouwstiel betekent hard werken, maar heeft ook zijn voordelen. We zien onze kinderen van dichtbij opgroeien en werken bovendien aan ons eigen project.
Ook dierenwelzijn staat hoog op de agenda.
Sven: “Dat klopt. Vaak wordt met een strenge vinger naar de landbouw gewezen. Daarom willen we er alles aan doen om op een positieve manier met de dieren om te gaan. De geiten leven in een serrestal: een ruime, lichte en luchtige ruimte. Ze hebben bescherming tegen de regen, maar staan toch met hun snuit in de buitenlucht. Wanneer ze willen rondrennen, doen ze dat in een hoogstamboogaard die we speciaal hebben aangeplant en waarmee we ons steentje willen bijdragen aan de biodiversiteit. Ze krijgen ook dagelijks vers gras of grasklaver.”
Zijn investeringen in technologische vernieuwing noodzakelijk in jullie sector?
Sven: “We moeten voortdurend nadenken hoe we onze methodes kunnen verbeteren. Zo investeerden we in de digitalisering van het voedersysteem. Door een persoonlijke oorchip weet het krachtvoederstation welk geitje komt eten, waardoor het de juiste portie krijgt en niet te vet wordt. Daarnaast werken we op de groene stroom die wordt opgewekt door de windmolens van Wase Wind. Tot slot zuiveren we ons afvalwater in een rietveld.”
In de toekomst willen we nog meer inspelen op de trend naar lokale voeding en rechtstreeks contact met onze klanten. Tijdens de lockdowns hebben we gemerkt dat het publiek daar zeker interesse voor heeft.
Zit de markt voor producten van geitenmelk in de lift?
Sven: “Absoluut. Geiten zijn de meest gekweekte diersoort ter wereld. Enkel in de Lage Landen zien we dat runds- en varkensvlees de markt overheerst. Ook de vraag naar geitenmelk en -kaas stijgt bij het publiek. Geitenmelk is namelijk goed voor de gezondheid: het is lichter verteerbaar en geeft minder vaak aanleiding tot overgevoeligheidsreacties en maag-darmklachten. Het bevat ook meer vitaminen en mineralen.”
Hoe zien jullie de toekomst tegemoet?
Melissa: “Momenteel gaat onze melk naar de melkerijcoöperatie. Deze verwerkt de melk tot harde kazen die we in de hoeveautomaat verkopen. Die samenwerking is nodig en verloopt vlot. Daarnaast hopen we op termijn onze eigen geitenkaas te maken. We maken intussen al ambachtelijk ijs en willen dat aanbod zeker verder uitbreiden. Zo spelen we nog meer in op de trend naar lokale voeding en hebben we rechtstreeks contact met onze klanten. Tijdens de lockdowns hebben we gemerkt dat het publiek daar zeker interesse voor heeft.”
Is landbouwer zijn een levensstijl?
Sven: “Dat kan je wel zeggen, ik kan mijn werk niet missen! De landbouwstiel betekent hard werken, maar heeft ook zijn voordelen. Onze drie kinderen leven mee op de boerderij, waardoor we ze zien opgroeien. Daarnaast werk je als landbouwer aan een eigen project dat je dagelijks ziet evolueren. Je bouwt een levenswerk op, ook voor de volgende generaties. Onze dochter ziet graag paarden, maar staat ook altijd paraat om de lammetjes te verzorgen. Ook onze zoontjes doen niets liever dan tussen de geitjes te lopen of op de tractor te zitten. De opvolging is hopelijk dus wel verzekerd.”
Siska Schoeters op bezoek
Wie zelf niet naar de ‘Dag van de Landbouw’ kan gaan, kan afstemmen op Radio 2. Presentatrice Siska Schoeters bezoekt een aantal boerderijen en sierteeltbedrijven en brengt op de radio verslag uit over de vele verhalen die ze er oogst. Voor de campagnefoto ging ze alvast langs bij de geitenboerderij van Melissa en Sven.
“Mijn vader heeft lange tijd in een vleesgroothandel gewerkt. Als kind nam hij mij dus weleens mee naar de boerderijen waar hij koeien ging kopen”, vertelt Siska. “Regelmatig kwam hij dan thuis met een schort vol mest (lacht). De landbouwsector voelt voor mij dan ook natuurlijk aan. Een geitenboerderij was voor mij wel nieuw. Het was opvallend hoe eigenzinnig en nieuwsgierig die dieren zijn. Het landbouwkoppel had me gewaarschuwd dat geiten graag aan kleren plukken. Gelukkig maar, want dat hebben ze ook écht gedaan.”
Rechtstreeks van het veld
“Zelf koop ik bewust lokaal, ook in de supermarkt. Zeker tijdens de lockdown ben ik regelmatig in mijn eigen streek, het Waasland, groenten op de boerderijen in de buurt gaan kopen. Rechtstreeks van het veld: verser kan je ze niet hebben.”
“We zijn ons er sinds de pandemie van bewust dat we duurzamer met onze voeding moeten omgaan. Waarom dan niet kiezen voor een kwaliteitsvol stukje vlees van bij de lokale boer? Ik bezoek ook regelmatig met mijn kinderen de landbouwbedrijven bij ons in de buurt. Ook de jonge generatie moet zich bewust zijn waar onze lekkere producten vandaan komen.”
Vol bewondering
“Of de landbouwsector iets voor mij zou zijn? Ik heb zelf niet zo’n groene vingers, ik heb daar te weinig geduld voor. Thuis ben ik al blij dat ik het huishouden kan runnen. Toch kijk ik met veel bewondering naar wat landbouwers doen. Boeren hebben geen gemakkelijk leven. Land- en tuinbouwers werken hard om ons kwaliteitsvolle producten te geven. En dus kijk ik met grote ogen naar het werk dat landbouwers zoals Sven of Melissa verrichten”, aldus Siska.